‘Ketterse’ familieleden in Leuven 1543
Door te ‘googlen’ is recent een spectaculaire ontdekking gedaan over onze Vlaamse voorgeslacht. Een waaruit blijkt dat het reformatorische gedachtengoed nog veel vroeger bij familieleden weerklank heeft gevonden, dan wij tot nu toe wisten.
De Reformatie was de godsdienstige beweging die ontstond als reactie op misstanden binnen de Rooms-katholieke kerk. Als begin hiervan wordt doorgaans het jaar 1517 gehanteerd: het jaar waarin Martin Luther zijn stellingen tegen de aflaathandel publiek maakte. Al snel werden zijn ideeën bekend in de Nederlanden en vonden deze er aanhang, onder meer dankzij de verspreiding van Lutherse geschriften. Toch duurde het nog decennia voor zich ‘tegenkerken’ organiseerden. Aanvankelijk was de situatie nog dat binnen de katholieke kerk mensen afwijkende meningen ontwikkelden. Sommige van hen kwamen afzonderlijk bij elkaar, om samen de bijbel en protestantse literatuur te lezen en te bespreken. De kerk en de overheden beschouwden ook deze activiteiten als subversief en gevaarlijk; andersdenkenden werden door hen streng vervolgd en vele zijn vervolgens als martelaren, meestal op gruwelijke wijze gestorven.
Twee zusters De Clercq behoorden al in de beginjaren 1540 tot zo’n ‘bijbelgroep’: Elisabeth en Catherine de Clerc, dochters van Pieter de Clerc fs Jacob († 1513/’16) en Marthe van Rosmeer en dus directe nichten van onze voorvader Lieven de Clerck.. Zij woonden in Leuven, waar hun moeder was geboren en hun grootvader Jan van Rosmeer een rijke koopman en stadsbestuurder was geweest. In 1543 werden zij gearresteerd, samen met 41 andere Leuvenaars, waaronder hun tante Antonia van Rosmeer (ook: van Roesmaele), die werd beschouwd als een van de leidende figuren binnen deze groep. Alle arrestanten werden opgesloten en verschillende malen verhoord, om informatie te krijgen: over hun denkbeelden, waar zij bijeenkwamen, wie de voorgangers waren, enzovoort. Het bijzondere is, dat een aantal van de verslagen van deze verhoren bewaard is gebleven, waaronder die van de twee zusters en hun tante. In de negentiende eeuw zijn ze uitgegeven en inmiddels is die uitgave gescand en digitaal op het internet raadpleegbaar.
Zie hier links naar de verslagen van Elisabeth sClercx (= de Clerc), van Catherine sClercx en van Antonia van Roesmale.
Tante Antonia heeft voor haar overtuigingen de hoogste prijs moeten betalen. Op de Grote Markt van Leuven is zij levend begraven. De twee zusters kwamen er genadiger van af, met openbare boetvaardigheid en (voor Catherine) een zeer zware geldboete en (voor Elisabeth) 10-jarige verbanning uit Leuven.
Uit de verslagen en uit andere bronnen kunnen vrij veel interessante gegevens worden gehaald. Het is dan ook mijn voornemen om te zijner tijd over deze geschiedenis een meer uitgebreid verhaal te schrijven.
Overigens heeft tante Antonia eerherstel gekregen; omstreeks 1878 maakte de schilder André Hennebicq voor de ontvangstzaal van het Leuvense stadhuis een aantal grote schilderijen, met voorstellingen van belangrijke gebeurtenissen in de Leuvense stadsgeschiedenis. Op een daarvan staat Antonia van Rosmeer afgebeeld, in een woonhuis de bijbel verklarend aan een groep toehoorders. In 2003 zijn de doeken gerestaureerd; zij hangt er voor de bezoekers weer prachtig bij.